volhouden

{{volhouden}}{{/term}}

I 〈overgankelijk werkwoord〉

1 [doorgaan met] carry on ⇒ keep up

2 [blijven beweren] maintain ⇒ insist

3 [consequent voorstellen] sustain

♦voorbeelden:

1   dit tempo is niet vol te houden • we can't keep this pace up

     zo kan ik het niet langer volhouden • I can't go on like this

2   die bewering is niet meer vol te houden • that claim is untenable

     zijn onschuld volhouden • insist on one's innocence

     iets hardnekkig volhouden • stubbornly maintain something

     ze hield vol dat ze van niets wist • she insisted that she knew nothing

II 〈onovergankelijk werkwoord〉

1 [doorgaan] persevere ⇒ 〈informeel〉 keep on

♦voorbeelden:

1   je moet volhouden • you must persist/keep going

     we zijn ermee begonnen, nu moeten we volhouden • now we've started we must see it through

     volhouden tot het uiterste • keep right on to the (bitter) end

     volhouden! • keep it up!, keep going!